Archief van November, 2007

‘Onbevangenheid’

Monday 5 November 2007

Ze had altijd iets met ‘het woord’, of, toen ze een kleuter was, met ’Het Woord’.Ze loste cryptogrammen op en stuurde vragen op voor de “Hersengymnastiek”.
Na bezoek aan de kinderboerderij liepen wij met onze kleuters en twee vaders uit onze straat terug naar huis . Mijn dochtertje liep vooruit waarop een van de vaders zei:”Nou, die ruikt stal,zeg”. Mijn dochtertje draaide zich om en vroeg:”gaan we weer naar de kinderboerderij?”
We spraken over ons werk en bij sommige vaders en hun collega’s bracht hun werk behoorlijk wat stress mee.
‘Mijn collega ging uit zijn dak na een gesprek met de directie’.
Mijn dochtertje vroeg thuis :’papa, was dat niet erg gevaarlijk voor die meneer ?’.
Onze dochter ging, toen ze kleuter, was, naar de Kindernevendiensten.De kinderen gingen met collectezakjes rond waarvan de opbrengst ten goede kwam aan de kindernevendienst. Ze zwaaide dan enthousiast naar mijn vrouw en mij en andere bekenden en huppelde de kerkzaal uit op weg naar haar kerkdienst.
Mijn vrouw en ik namen de blaadjes waar de
liturgie op stond trouw mee.
Onze kerkgang had bij thuiskomst nog een vervolg. Wij werden dan getrakteerd op een, geheel door ons dochtertje in elkaar gezette, kerkdienst en tot luisteren en zingen aangezet. Wij deden dat met ernst, in navolging van ons dochtertje.
In de fauteuil van haar vader zette zij een pop neer waar zij tegen zij:”Zo, lief Jezusje, ga jij daar maar zitten. Zit je fijn zo?’. Daarna nam ze de liturgieblaadjes in haar hand en ‘las’, als vierjarige, daar een bijbelverhaal uit voor. Soms vertelde ze wat ze in de nevendienst gehoord had, een andere keer kregen wij haar versie van ‘De spin Sebastiaan, het is niet goed met hem gegaan’, een verhaal van Annie M. G. Schnidt. Mijn vrouw en ik vroegen maar niet of Sebastiaan niet gelovig genoeg was. Op de kleuterschool had zij de kennis van liedjes opgedaan en moesten haar kerkgangers zingen: ‘Er ruist langs de wolken een liedjesnaam’. Schoot de vierjarige kleuter religieuze liedjeskennis te kort, zij vulde het naadloos aan met:’Twee emmertjes water halen, twee emmertjes pompen’.Ze zong het met zoveel ernst dat wij haast gingen geloven, dat water in wijn veranderd werd.
Dat alles is veertig jaar geleden.
Nu, lege kerken, gemis aan onbevangenheid?

(Airam Srebla)

God

Saturday 3 November 2007

Een god is een hypothetisch bovennatuurlijke entiteit die door gelovigen beschouwd wordt als de prima causa (de eerste oorzaak) van het universum, of verantwoordelijk geacht wordt voor bepaalde aspecten van de werkelijkheid, dan wel voor de werkelijkheid als geheel. Goden kunnen geacht worden te leven op aarde, met name in de natuur, alsook in de hemel of nog in het onderaardse of de onderwereld. Het geloof in goden is algemeen verbreid, maar culturen verschillen in het aantal goden dat wordt aangenomen, de betekenis die zij eraan geven, en hun houding ten opzichte van goden (ook die uit andere culturen). De monotheïstische religies, zoals jodendom, christendom en islam, erkennen slechts één god. In polytheïstische religies als de Noordse of Germaanse mythologie, het boeddhisme en het hindoeïsme zijn er vele (klassen van) goden (in India ook wel devas genoemd, en in het oude Noordwest Europa Asen, Alven en Wanen). Het is niet wetenschappelijk bewezen dat goden bestaan. Het bestaan van goden dan wel een God is echter ook niet wetenschappelijk te weerleggen. Dit heeft echter vooral te maken met de vaagheid van het begrip, dat meer voor weerlegging vatbaar wordt zodra het specifieker wordt ingevuld (bv met de eigenschappen algoedheid, almacht, en alwetendheid).

In etymologisch opzicht is er een parallel met het Oud-Perzische woord ‘Khoda’ (‘God’); van belang is ook de achtergrond in het Sanskriet: het woord ‘hu’ betekent (onder meer) ‘aanroepen’.
(more…)